Midden in de nacht gaat mijn reis verder. Ik zie niet veel, het is pikkedonker. Op de tast ga ik verder. Plotseling voel ik voor mij een deur. Hij is niet op slot. Langzaam duw ik de deurkruk naar beneden… Mijn ogen moeten wennen aan het licht. Waar ben ik? Ik wrijf nog een keer in mijn ogen en knijp mezelf . Droom ik dit?
Ik sta midden in een boksring. Warme, felle studiolampen staan op me gericht. Om me heen staat een heleboel publiek. Ze roepen en joelen maar ik hoor geen geluid. Op de eerste rij herken ik vaag een aantal mensen uit mijn leven. Mensen die mij ooit hebben aangemoedigd. Deze mensen roepen niet mee, maar staan er zwijgend bij. Ze kijken me beoordelend en tegelijkertijd afwachtend aan. Ik heb geen flauw idee wat ik doe in deze ring.
Ben je er klaar voor? Tegenover me staat de scheidsrechter. Tenminste dat denk ik. Ze draagt een fluitje rond haar nek. Geen idee waar ik klaar voor zou moeten zijn, maar verdwaasd knik ik ja. De scheidsrechter trekt me mee naar het midden van de ring en stelt me voor aan mijn tegenstander. Door de felle lampen kan ik niet zo goed onderscheiden wie er tegenover me staat. Het is een zij. Ze is even groot als ik, hetzelfde postuur ook en als ik dichterbij kom komt ze me vaag bekend voor.
Het fluitje van de scheidsrechter klinkt kort en schel. Voor dat ik het weet voel ik rechts een enorme klap en lig ik op de grond. Ik probeer op te krabbelen, maar het lukt niet. Steeds als ik omhoog probeer te komen, krijg ik een stomp. De klappen vliegen me links en rechts om de oren. Het publiek kijkt zwijgend toe en niemand steekt een hand uit om me te helpen. Ook de scheidsrechter fluit niet af. Ik voel mezelf steeds zwakker worden en net op het moment dat ik denk dat het licht uitgaat, voel ik een enorme woede in mij naar boven komen.
Met een oerkracht spring ik in één moment overeind en sta ik weer op mijn benen. Mijn tegenstander schrikt en deinst met een vaart achteruit. Het publiek van mensen die me ooit in een ver verleden hebben toegejuicht, blijft heel stil zitten. Geen geluid. Plotseling staat er compleet uit onverwachte hoek één iemand uit dat publiek op en schreeuwt. Je kán het! Met een ruk wordt ik wakker uit een enorme roes. Déze stem, deze ene persoon staat achter mij!
Ik voel een enorme kracht in mij opkomen. Ik kán en mág deze persoon niet teleurstellen!
Met alle kracht die ik in mij heb haal ik uit naar de persoon tegenover mij. En nog een keer en nog een keer. Ze slaat terug. Ik val en ik sta op en val en sta op. Steeds als die ene persooon in dat publiek schreeuwt “je kán het!”veer ik overeind als een duveltje uit een doosje en haal ik uit. Ik begin mee te roepen.. Ik kan het!!
Bam!! Met een laatste krachtsinspanning ligt mijn tegenstander op de grond. Het publiek joelt en roept! Eindelijk kan ik het horen! Die ene toeschouwer staat naast me en knijpt in mijn hand. Je hebt het gedaan meid! Je hebt jezelf overwonnen! Trillend en bevend van de inspanning, trots en moeheid kijk ik naar mijn tegenstander. Daar ligt ze. Door de felle lampen zie ik niet wie het is. Ineens gaan de lampen uit en ik kijk nogmaals. Ik schrik. Daar lig ik zelf!
men wat beklemmend dit .en wat een einde….
Beklemmend? Ik zou het eerder als bevrijdend zien… Een overwinning
Mooie semafoor en prachtig dat je jezelf hebt overwonnen. Mijn complimenten hoe je dit kan verwoorden.
Ik wist het wel. Je hebt zo laten zien dat je het kan. Heel knap!
Mooi verteld jou gevecht !