In een paar weken tijd is ons leven ineens veranderd in grote onzekerheid. Worden we ziek, en als we ziek worden, hoe erg zal dat dan zijn? Hoeveel doden gaan er nog vallen? Zullen de IC’s deze druk aan blijven kunnen? Zullen bedrijven blijven bestaan? Hoe zal de economie er uit gaan zien? Hoe gaan we om met die onzekerheid? Een ding weet ik zeker, dat alles onzeker is en daaraan houd ik me vast.
onzekerheid
Soms is het gewoon even Klote
Dat het leven niet altijd simpel is, weet iedereen. Het is een gegeven dat soms mooier wordt gemaakt door überpositieve mensen die blij en zorgeloos pretenderen dat zorgen maken geen zin heeft als je er toch geen invloed op hebt, de zon ook schijnt achter de wolken en al dat soort mooie uitspraken die je bijna doen vergeten dat je soms gewoon mag uitspreken dat het gewoon af en toe moeilijk is. Daarom geef ik er de voorkeur aan mezelf te omschrijven als positief realistisch. Het mag gezegd worden. Soms is het gewoon even klote.
Dromen, verlangens en nachtmerries,
Met een schreeuw, of iets dat er op lijkt schiet ik omhoog. Klam angstzweet plakt op mijn rug. Ik voel nog steeds de klemmende hand op mijn keel die me zojuist heeft vastgegrepen. Het leek alsof alle luchttoevoer voor een paar seconden werd afgesneden. Doodsbang kijk ik de donkere kamer rond en terwijl ik langzaam weer tot mijn positieven kom, begrijp ik dat het maar een nachtmerrie was…
Het is goed, of niet? Toch ?
Terwijl de kurk van de champagnefles door de kamer suist, zie ik in een paar seconden het jaar 2016 samen met de kurk wegvliegen, tenminste datgene dat ik me kan herinneren. Als de champagne in het glas vloeit en ik mijn lief kus, valt er er een enorme last van mijn schouders af om plaats te maken voor een serene rust. Ik weet het zeker. Vanaf nu ga ik het heel anders doen. En dat is goed, of niet? Toch?
Eenzaam is alleen, maar alleen is niet eenzaam
Ik heb het regelmatig. Op een verjaardag bijvoorbeeld. Ook al zit ik in een kamer vol mensen, wanneer er niemand is die ik ken of niemand is die tegen me praat, word ik onzeker. Ik word me dan bewust van ieder detail. Iedere ademhaling die ik maak, iedere hap die ik neem, “hoort niemand me kauwen?” Slok, die ik neem,” zit er geen koffie of wijn smiley op mij gezicht?” Ik denk dat iedereen dan aan me kan zien dat ik onzeker ben. Vaak hoor ik juist het tegenovergestelde terug. “Jij komt altijd zo zeker van jezelf over dat maakt mij altijd een beetje onzeker.” Typisch hoe iedereen op zijn beurt wel eens onzeker is terwijl we het vaak helemaal niet van elkaar weten. Zo is dat ook met alleen zijn. Vaak denken we dat iemand altijd mensen om zich heen heeft en in wezen kan die iemand zich enorm eenzaam voelen.
Ik ben ook eigenlijk helemaal niet zo onzeker. Ik weet tot wat ik wel en niet in staat ben. Wat ik in mijn mars heb en ben oprecht en duidelijk in waar ik voor sta. Soms zijn het situaties of bepaalde type mensen die me een onprettig gevoel geven. Ik kan me laten terugdeinzen wanneer de ander zekerder lijkt of zich arrogant opstelt. Ik kan me laten terugdeinzen door het gezag dat de ander uitstraalt of me soms pijnlijk bewust zijn van mijn eigen verschijning als de persoon tegenover me knap en slank lijkt te zijn. Op zo’n moment kruip ik in mijn beschermende schulp en voel ik me intens alleen. Laat maar denk ik dan, maar wanneer ik afdruip voel ik me intens alleen.
Ook afwijzing is iets dat mij een gevoel van intense eenzaamheid geeft. Wanneer ik het gevoel heb dat ik niet welkom ben, ergens tijdelijk ben en weet dat ik weer moet gaan, wanneer ik geen antwoord krijg op iets waar ik zelf heel erg in geloof, of wanneer ik het gevoel krijg dat ik word genegeerd of niet begrepen vooral nadat ik ziek ben geworden, trek ik me terug waardoor drempels alleen maar hoger worden en ik me eenzamer voel dan ooit.Een akelig gevoel waarin je lijkt te verdrinken en hoe langer het duurt, hoe eenzamer je wordt en maar weinigen die dat zien.
Stom! Want hoeveel meer win je door te zeggen hoe je je voelt. Door niet af te wachten, maar zelf het initiatief te nemen. Door zelf verder te gaan als blijven toch geen optie is. Degenen die het hardste roepen, krijgen het meest voor elkaar wordt weleens gezegd en ik geloofde het ook en begon mee te roepen. Totdat ik me bedacht, wie hard schreeuwt, schreeuwt om aandacht en wie aandacht wil is alleen. Dus richt ik me op de momenten dat ik schrijf, in bad lig of met Tikkel loop. Wanneer ik nadenk over hoe mijn idealen er over een jaar uit zien. Dan word ik stil en zonder eenzaam te zijn ben ik alleen en geniet!
Vers gemaaid gras
Het was een rare nacht. De hernia speelt me al een paar dagen behoorlijk op. De morfine is nu duidelijk mijn lijf uit, de pijn komt helaas weer even hard terug. Alles in mij schreeuwt om de morfine die alle pijn zo lang heeft weggenomen. Het kost me moeite om het niet te nemen, maar ik doe het niet. Ik ben juist zo blij dat ik van deze verslavende rommel af ben. Met ademhalingsoefeningen en ontspanning probeer ik de pijn te onderdrukken en val uiteindelijk in slaap.
Vanuit het niets word ik plotseling wakker van pijn in mijn maag. Ik ben misselijk van de drukkende pijn. Ik ben bezweet en benauwd. In een paar seconden lijkt mijn leven langs me heen te vliegen. Heel even vraag ik het me af. Is dit een hartinfarct? Ga ik dood? De gedachte is na een paar seconden weer voorbij. Mijn tong tintelt. Ik denk dat ik moet overgeven. Naast me ligt mijn lief diep in slaap. Ik wil hem niet wakker maken en toch slaat de twijfel toe. Wat is dit? Langzaam sta ik op en loop ik naar het toilet. De pijn in mijn maag en borst blijft drukken. Het benauwd me. Het zal zo wel weer zakken, denk ik. Een stemmetje in mijn hoofd zegt tegen me, dat ik rustig moet blijven en moet gaan liggen. Langzaam trekt de pijn weg. ’s Morgens word ik klam van het zweet maar opgelucht weer wakker.
Met deze gedachten loop ik naast Tikkel langs het gras wanneer ze ineens stil staat. Ze kijkt me vragend aan. Haar pootje blijft twijfelend steken boven het vers gemaaide gras. Net als toen ze voor de eerste keer sneeuw voelde onder haar pootjes, is dit gras iets vreemds. Wanneer haar pootje het gras raakt, schrikt ze iets terug, haar neus drukt ze in het losse gras. Ze ruikt of dit wel het vertrouwde gras is waar ze gisteren nog gelopen heeft. Ineens is er herkenning. Dartelend als een lammetje, huppelt ze door het losse gras. Met haar neus gooit ze de sprietjes steeds omhoog. Ze trekt flink bekijks door haar vrolijke eerste kennismaking met vers gemaaid gras.
Ze maakt me gelukkig. De gedachten over de voorgaande nacht, ebben langzaam weg. Het is logisch dat ik niet meer helemaal zeker ben van mijn lijf na de schildklierkanker, maar ik moet het niet mijn leven laten regeren. Het heeft geen zin om na te denken over iets dat is geweest. Waarschijnlijk had het geen enkele betekenis. Even later ligt Tikkel uitgelaten in haar mandje en zit ik ontspannen aan de koffie. Ik ben er nog niet met mijn lijf, maar mijn hoofd is in ieder geval op orde. Er is een nieuwe dag aangebroken vol nieuwe ontdekkingen en de geur van vers gemaaid gras.
Achter de fanfare aan..
En dat is raar, want ik heb alle reden om voorop in de fanfare feest te vieren.Na een lange ziekteperiode , onzekerheid en verdriet, staat mijn leven weer in de lift omhoog. Ik ben op een zoektocht geweest naar mezelf en vond op mijn weg vooral kracht en positiviteit. De tegenslagen hebben me juist laten zien dat ik kan doorgaan. Wat wil je nog meer zou je zeggen..
Een goede vraag, want hoe mijn leven ook weer de goede kant uit gaat, ik blijf het gevoel houden dat ik achter de feiten aan loop en niet kan bij benen wat er allemaal in een razendsnel tempo gebeurt. Zelfs erover schrijven , valt me momenteel moeilijk. Ik kan niet goed onder woorden brengen wat ik precies voel. Ik ben blij en gelukkig en vooral dankbaar voor de mensen die in me geloven , de kansen die me worden gegeven en de tijd en rust die me is gegeven om weer de trotse tambour-maître te worden die ik van binnen ben. En aan de andere kant ben ik vreselijk onzeker en bang deze zelfde mensen teleur te stellen.
Zoals ik me nu voel, past precies bij de uitkomst van de enneagramcursus die ik een paar jaar geleden heb gedaan. Mijn overheersende type was een duidelijke acht. De acht die staat voor de leider. De acht van kracht en sterkte met lust als passie. Als ik iets wil bereiken ga ik er voor met alles wat ik in me heb. Op een goede tweede plaats stond het type twee. De helper, zorger met trots als passie. En het klopt. Maar juist deze tegenstelling maakt mij als mens soms zo tegenstrijdig.
Het is een tegenstelling die mezelf in de war brengt. Aan de ene kant ben ik de sterke vrouw die knokt en doorgaat tot haar doel is bereikt. En aan de andere kant is daar de vrouw die bang is te falen. De vrouw die haar gevoel voorop zet, maar de feiten laat spreken. De vrouw die diep van binnen weet dat er zo veel meer in zit, maar niet precies weet wat. De vrouw die goud eerlijk is, maar niet alles durft te zeggen. De tamboer-maître die voorop loopt, maar ook achter de fanfare aanhuppelt omdat ze het niet bij kan benen.
En dat laatste frustreert me. Achteraan lopen is niet wie ik ben. Het wordt tijd dat de piccolo naar voren treedt in de fanfare om als trotse tamboer-maître de mace weer hoog in de lucht te gooien met het volste vertrouwen dat ze de stok ook weer opvangt.
Op ontdekkingsreis naar mezelf, over zon, vlinders en geloven in..
De zon brand op mijn huid. Ik had me eigenlijk in moeten smeren. Stom, niet aan gedacht.Ben het ook een beetje ontwendt om lekker op een terrasje te zitten in het zonnetje. Al heel wat maanden zit ik nu binnen, alleen. Maar deze dag niet. Ik voel me uitgelaten bijna! Net als de hond aan het tafeltje naast ons knijp ik mijn ogen dicht als ik tegen de zon in kijk en geniet intens van de warmte, de gezellligheid en de lekkere lunch op het tafeltje. Het is vandaag rokjesdag maar ik ben blij met de spijkerbroek die ik draag. Ik kan het de mensheid simpelweg niet aandoen. Die melkflessen moeten eerst maar opwarmen in mijn veilige achtertuin.
Het ‘even gezellig luchen’ mondt uit in een heerlijke middag in de zon. We praten over verleden-heden en toekomst. Over groei en vooruitgang. Dat ik niet zo moet twijfelen aan mijn kunnen, mezelf eens wat duidelijker moet bekijken en mezelf eens een opsteker moet geven. Ik krijg een lief cadeau.. vlinders. Ze betekenen iets voor mij! Ik zie mezelf in een heel ander licht. De onzekerheid ebt gedurende de dag steeds meer weg. Maakt plaats voor een hernieuwde kracht. Het geloof dat mensen in mij hebben ondanks de ziekte, ondanks mijn eerlijkheid over mijn onzekerheid, ondanks mijn zelfspot. Zij zien in mij kwaliteiten die anderen en ook ik zelf een tijdlang niet hebben gezien door een duidelijk vertroebeld beeld.
Wanneer ik in de bus terug naar huis zit, bekijk ik mezelf in de weerschijning van het glas. Ik zie een vastberaden vrouw met een missie. Ze straalt kracht uit. Achter me zie ik de reflectie van een vrouw die me doet denken aan mijn moeder.. ze glimlacht me knikkend toe.
Ik kan niet anders dan voelen dat dit goed is. Wanneer ik vanuit de bus naar huis loop en er twee witte vlinders rond me heen blijven dwarrelen, weet ik het zeker.. “Men”probeert mij wat duidelijk te maken.
Dezelfde avond brengen we een bezoek aan een medium. Ik geloof er heilig in dat het na de dood niet voorbij is. Het voert te ver en het is te persoonlijk om te vertellen waarom ik het bewijs al een tijd terug geleverd heb gezien, maar als er al twijfels waren dan heeft deze haast magische avond ze allemaal weggenomen. Ook deze avond laten de vlinders hun gezicht zien. De boodschap luidt duidelijk. Twijfel niet. Je kunt meer dan je voor mogelijk houdt.
Langzaam gaan mijn ogen weer open.. de zon schijnt niet meer. Vandaag waait er een koude wind en de regen tikt met regelmaat tegen de ramen aan. Het mooie witte bloemenveld heeft weer plaats gemaakt voor de bank thuis naast Gerrit die vrolijk babbelt. Ik ben een beetje stil en denk terug aan de prachtige dag van gisteren. Het was als een droom en toch was het écht.. zon, vlinders en een diep geloven in…
Informatie over Lonneke Vodegel, het medium dat ik heb bezocht vind u hier
Op ontdekkingsreis naar mezelf, de weg van de onzekerheid.
Als ik de telefoon neerleg, maakt mijn hoofd overuren. Mijn gedachten zijn niet te stoppen. Eindelijk kan ik weer verder met mijn toekomst na een donkere periode van ziekte en veel verdriet. Maar inplaats van het luchtsprongetje van geluk en blijdschap slaat de angst me ineens zonder enige waarschuwing om de keel. “ Idioot!”Spreek ik mezelf vermanend toe en ik leg mezelf uit dat dit de betere tijden zijn die ik met beide handen moet gaan aangrijpen.
Maar wat als ik faal? Wat als ik niet kan waarmaken wat er misschien van mij wordt verwacht?
Wat als .. ? Het zijn vragen die ik mezelf stel uit pure onzekerheid. Onzekerheid die is ontstaan in de jaren na de kanker. Doordat ik mezelf heb zien inleveren in mijn kunnen en benadrukt is dat ik heb gefaald door onbegrip en onwetendheid. Ziek zijn maakt onzeker. Onzeker in je lijf en in je kunnen. De zekerheid terug vinden hierin gaat met pieken en dalen. Dat ik het type ben met een enorme bewijsdrang maakt dit niet gemakkelijker. Want zoals het spreekwoord zegt. Hoogvliegers zijn harde vallers.
Voor mijn gezondheid zou ik op de handrem moeten rijden, maar in plaats daarvan rijd ik in de 5e versnelling. De drang naar een nieuw begin is groot. En al heb ik mezelf in de hand met grenzen en een vermanend gesprek dan nog heb ik geen invloed op de steeds aanwezige omgevingsfactoren. Ik wil zo graag vooruit dat ik bang ben te verliezen Maar je kunt niet verliezen wat je niet hebt. Sterker nog, als ik erover nadenk, heb ik niets te verliezen alleen te winnen. Maar die winkans voelt een beetje als meedoen aan een loterij. De investering die je maakt krijg je zelden terug.
Is het wijsheid om open kaart te spelen? Geeft het kwetsbaar opstellen door eerlijk te zijn juist een winkans of haalt het me ongenadig onderuit zoals eerder is gebeurd? Als je wat wilt bereiken moet je verzwijgen dat je ziek bent geweest zeggen sommigen. Nee! Ik pas daarvoor. Ik ga ondanks eerdere tegenslag vol overtuiging voor de open kaart. Waarom? Omdat ik dat bén. Het getuigt van mijn doorzetingsvermogen en van een pure eerlijkheid. Het laat zien dat ik volledig door het stof kan gaan en weer kan opstaan. Ik houd me vast aan het gezegde eerlijk duurt het langst!
Ik durf best toe te geven dat ik bang ben. Maar ‘t gevoel van de opwaartse spiraal waar ik in zit houd ik vast. Misschien is mijn weg vol risico’s. Misschien ga ik de weg van de onzekerheid. Maar ik vertrouw er op dat, zo lang ik 100% achter de weg sta die ik afleg, aan het einde van die weg een bestemming zal zijn.