De laatste week

De laatste week

Revalidatiedagboek deel 10

Wat is het mooi buiten. Bladeren kleuren rood en geel. Ik snuif ik de geur van de herfst op als ik met Tikkel onder de eikenbomen doorloop. De tijd gaat snel. Veel te snel. Mijn gevoel zegt me dat ik een hele periode heb overgeslagen dit jaar maar dat lijkt maar zo. Het zijn de omstandigheden die de jaargetijden in sneltreinvaart voorbij hebben doen gaan. Ik was er maar half bij. De blaadjes dwarrelen met steeds meer hoeveelheden naar beneden net als mijn gedachten met één wezenlijk verschil. Waar de blaadjes hun doel bereiken op de grond, blijven mijn gedachten ronddwalen in de lucht zonder hun doel te bereiken.

lees verder

Zweefvliegen

Zweefvliegen

Met ferme zekerheid word ik vooruit getrokken. Langzaam kom ik in beweging, meegezogen door de stuwende kracht die mij begeleidt. Wanneer de beweging is ingezet, gaat het sneller en sneller tot het moment dat ik mijn wielen van de grond voel komen. Ondanks het gebrek aan een motor, stort ik niet neer. Ik zweef rustig op de wind, hoog, en veilig en geniet van een prachtig uitzicht. Het voelt als thuiskomen na een vermoeiende reis…

Een nieuwe baan heeft altijd wat spannends. Een nieuw begin, niet precies wetende wat je te wachten staat, nieuwe gezichten, de in mijn hoofd repeterende vraag “kan ik dit wel”? Een normale spanning van onzekerheid die gepaard gaat met allerlei andere gevoelens, zoals verwachting en hoop. Zo begon ik in de eerste week van dit jaar aan mijn nieuwe baan. Ik heb bewust een deel van mijn loopbaan vaarwel gezegd om aan iets nieuws te beginnen waarvan ik zeker ben dat het menselijke aspect bij mij zal passen.

Natuurlijk is het wennen. Zo veel gezichten , namen en afkortingen die nieuw zijn voor me. Ik wil ze allemaal weten, liefst binnen een week. Ik vergelijk het maar met de motor aan de praat krijgen in een zweefvliegtuig. Dat gaat dus niet, de kunst is te zweven op eigen kracht, vol vertrouwen dat je langzaam en geleidelijk de grond weer onder de wielen voelt. Dat vertrouwen heb ik. Voordat ik begon aan dit avontuur wist ik al dat het goed was en afgaand op de ervaringen in de eerste weken blijft mijn gevoel in stand. Toch is er nog een derde reden om diep in mijn hart te weten dat deze plek, mijn plek gaat worden.

Ik was 13, toen ik in mijn huidige woonplaats kwam wonen. We verhuisden vanuit Brabant naar Gelderland. Voor een meisje in de pubertijd leek het een wereld van verschil. De veranderingen en de situatie op mijn nieuwe school waren  verre van ideaal en leidden tot behoorlijk wat spanningen. Al gauw leerde ik in mijn huisarts een goede vriend kennen. Een vertrouwenspersoon waarmee ik kon lezen en schrijven. Hij nam me serieus en sleurde me vaak door hele moeilijke momenten heen. Toen ik trouwde en kort daarop zwanger raakte van een tweeling was hij er altijd. Na de geboorte van de kinderen hoefde ik maar te bellen en hij stond voor de deur. De persoonlijke zorg die hij verleende was uniek. Soms kwam hij wel eens op de koffie, gewoon om even te kijken hoe het ging. Hij sprak dan zijn  waardering en trots uit over hoe we het deden met de jongens. “Ik geloof in jou”, waren zijn woorden. Door hem wist ik dat alles altijd op zijn pootjes zou terugvallen.

Ook zei hij me altijd dat hij in mij een gastvrouw zag, iemand die anderen persoonsgerichte service kon verlenen en misschien wel in een dokterspraktijk of zorginstelling of ziekenhuis aan de slag zou kunnen. Ik geloofde er niet in. De onzekerheid die ik toen nog bij me droeg, had nog wat ontwikkeling nodig. Toen de kinderen groter waren en ik weer ging werken, kreeg ik langzaam het vertrouwen dat hij wel eens gelijk kon hebben. Ik weet nog goed hoe fantastisch hij het vond dat ik aan het arbeidsproces ging deelnemen. En toen werd hij ziek.  Binnen een zeer korte tijd was hij overleden. Zijn begafenis zal ik nooit meer vergeten. Het voelde alsof mijn beste vriend was heengegaan.

En nu heb ik een nieuwe baan op een plek waar hij vaak te vinden was als opleider van nieuwe huisartsen. Het voelt als thuiskomen na een vermoeiende reis. Alsof het gestuurd is van boven alsof hij dacht.. Het is nu welletjes geweest met haar ongeluk en ziekte, alsof hij weer bij me op de koffie zit en me zegt.. Ik geloof in jou “hier hoor jij thuis”.

  lees verder

Ieder einde heeft een nieuw begin

Ieder einde heeft een nieuw begin

Nog een paar weken dan is het Kerstmis en vieren we de geboorte van een klein kindeke in een stal in Bethlehem. Het begin van een nieuw leven van een baby zo speciaal dat hij al eeuwenlang staat voor een nieuw begin voor “all of mankind” Niet iedereen gelooft hier in als een waarheid. Dat maakt ook niet uit. Het is een eeuwenoud verhaal dat generatie op generatie wordt doorverteld en veel mensen vinden in dit verhaal hoop, kracht en een symbolisch nieuw begin voor  na moeilijke perioden. Dat op zichzelf maakt velen gelukkig. En dat is waar Kerst om gaat.

De kerstboom staat in veel huizen al in zijn volle glorie te wachten op de laatste weken van het jaar. Het aftellen heeft voor mij een dubbele betekenis gekregen. Ze hebben iets magisch voor mij. De warmte en de symboliek maken me altijd gelukkig en blij maar dit jaar voelt het nóg beter. Wanneer de klok twaalf slaat neem ik afscheid van mijn oude werkplek en luidt ik een nieuw begin in op een plek waar ik me nu al welkom voel.
Dit nieuwe begin voelt als een zegen na een hele turbulente tijd. Een soort van geboorte van een nieuwe kans op geluk. Een kans om te laten zien wie ik ben, waar ik voor sta en dat ik er mag zijn. Gezond, met een verleden dat achter me ligt en hopelijk nooit meer boven komt. Het heeft zo moeten zijn. Mijn sollicitatie was een beslissing vanuit mijn hart genomen. Eigenlijk waren het iets te veel uren naar mijn zin. Ik zou eerder minder gaan werken dan meer. Rekening houdend met mijn gezondheidstoestand in de afgelopen jaren, maar toen ik deze vacature zag, kon ik alleen maar reageren met een dolenthousiast “Ja!”

Ondanks dat de verdiensten minder zijn en het functieniveau op papier lager uitvalt dan wat ik me de afgelopen jaren heb mogen noemen voel ik me met deze nieuwe kans zoveel rijker. Ik heb geen seconde getwijfeld. Ik ga iets doen dat ik leuk vind en waar het contact met mensen voorop staat. Die paar uur meer maken niet uit als je iets mag doen waar je van gaat vliegen. Er is geen ruimte meer voor verveling. Ik voel nu al een verstandhouding tussen gelijkgestemden nog voordat ik ben begonnen. Alles wat ik nu mis, ga ik daar omarmen. En zij op hun beurt omarmen mij.

Voordat het zo ver is heb ik nog even vakantie. Even tijd om afstand te nemen van wat ik achter me laat. En dat is nodig. Toch neem ik ook wat mee. Veel draag ik mee in mijn hart vol dankbaarheid. Ik ben gezond. Ik heb inzichten die ik eerder niet had. Een innerlijke rust die ik eerder niet voelde. De wetenschap wie ik ben, wat ik kan en waard ben, wat ik wil en belangrijker nog wat ik niet meer wil. De twijfel die in de loop van de jaren is ontstaan laat ik achter. Natuurlijk is het ook spannend, de toekomst kan ik natuurlijk niet voorspellen. maar één ding weet ik zeker. Op 22 december stap ik in de lift op weg naar een gelukkig 2018. Een glimlach ligt om mijn mond en zal niet meer verdwijnen ..

foto flickr. com  lees verder

Een stap opzij..

Een stap opzij..

De zon speelt op mijn gezicht.Ik voel de warmte gloeien op de wang waar we elkaar zojuist gedag hebben gekust.

Wanneer je écht een connectie hebt gemaakt, neem je iemand altijd met je mee en bestaat er geen afscheid, zei je. Ik glimlach en besef dat het waar is. Dankbaarheid vult mijn hart en mijn hoofd maakt een sprongetje opzij. Ik ben klaar voor de volgende stap.

lees verder

De schildklierpatiënt is geen jo-jo!

Amper een jaar nadat “Thyrax Gate”de schildklierpatiënt in zijn greep hield,

valt er opnieuw een bom in schildklierland. Deze keer gaat het om het schildklierhormoon met merknaam ”Teva”die niet goed leverbaar zou zijn. De berichtgeving leidt tot boosheid en paniek. “De schildklierpatiënt is geen jo-jo!” zijn gevoelens van frustratie die hardop spreken.

lees verder

De chauffeur van mijn eigen leven

Mijn vingers bibberen als ik de letter wil in typen op mijn Telefoon. De regen maakt mijn bril nat en de letters worden steeds waziger. Mijn vingers zijn stijf, koud en ik kan ze niet stil houden. Wel tien keer gaat het verkeerd. Ik tril over mijn hele lijf. Nog steeds kan ik het niet geloven.Ik typ het woord dat ik zojuist op het scherm voor me zag staan,“ geslaagd!”

lees verder

Sneeuwwitje (11)

Sneeuwwitje (11)

Als een prinsesje beweegt ze zich voorzichtig door de sneeuw.. behoedzaam voor gevaar en zoekend naar haar prins Charming. Ze is zo wit als de sneeuw, alleen haar zwarte oren vallen op. Luisterend naar alles wat er op haar pad komt. Gespannen en nieuwsgierig tegelijk. Dikke sneeuwvlokken dwarrelen op haar neus. Met haar tong likt ze de vlokjes op. Ze kijkt me vol vertrouwen aan. Tikkel is mijn Sneeuwwitje.

lees verder

Afscheid nemen bestaat niet

Afscheid nemen bestaat niet
Ik ga wel weg maar verlaat je niet

Lief, je moet me geloven
Al doet het pijn…

Het is en blijft een mooie tekst van Marco Borsato. De laatste dagen moet ik er veel aan denken. Misschien omdat het bijna Allerzielen is, de dag waarop van oudsher de overledenen worden herdacht maar eigenlijk is afscheid nemen op wat voor manier dan ook iets waar ik moeit mee heb. Bij een sterven, maar zeker ook bij afscheid nemen in leven.

Afscheid omdat je gaat verhuizen, of naar een andere school gaat. Afscheid nemen van de verkering van je kind als het uit gaat, of van je zoon die ver weg gaat. Afscheid nemen van een collega wanneer deze andere werk heeft of een huisdier als je op vakantie gaat. Ook al is dit afscheid niet voor eeuwig, dan nog overvalt het me met een pijn die ik diep van binnen voel. Zeker als het gaat om iets of iemand die een grotere betekenis in je leven had dan je zelf door had.

Om mezelf te wapenen tegen deze afscheidspijn heb ik me ooit voorgenomen om me niet meer te binden aan mensen. Afstand houden, dan doet het geen pijn als ze weggaan. Het enige dat het me heeft opgeleverd is dat ik de uiterlijke schijn had, overal doorheen te zweven, maar ondertussen was mijn ziel bont en blauw van de pijn die ik opkropte. Op begrafenissen huilde ik niet en wanneer er iemand wegging, zwaaide ik ze gedag. De laatste jaren heb ik geleerd het gevoel meer toe te laten, maar alsof je een sluisdeur op een kiertje zet voor een vloedgolf, overspoelde het gevoel mij compleet.

Zeker na de dood van mijn nichtje en een paar jaar later van mijn moeder voelde mijn hart weer de donkere pijn van het missen. Mijn muur begon zich weer op te werpen want dit wilde ik nooit meer. Afstand werd wederom mijn beste afweersysteem. Totdat ik ziek werd. Het afweersysteem had me eenzaam gemaakt. Ik durfde niemand meer toe te laten. Hoge spitse tralies wierpen zich op zodra er iemand te dichtbij kwam En toch is het iemand gelukt. Stukje voor beetje brokkelde de muur weer af. Stralen zonneschijn , schenen door de kieren. Ik geloofde in de helpende hand die naar me werd uitgestoken en ik volgde de weg die diezelfde hand mij wees.

Het was alsof deze uitgestoken hand een goede fee is geweest. Zo snel als hij verscheen , zo snel verdween hij weer.Ik verloor een goede vriend, een gids. Bij het afscheid verzekerde hij me dat alles goed kwam als ik maar de juiste wegen volgde en op mezelf vertrouwde. Het enige probleem was dat ik nog steeds de weg niet wist en vertrouwen in mezelf iets was als een kompas dat maar bleef ronddraaien.

Hoe dan ook, ik zal er komen, dacht ik. Ik leerde te vertrouwen op andere handen die me de weg wezen. Maar daarnaast leerde ik ook vertrouwen op mezelf. Gewoon doen, initiatief tonen, vallen en je neus stoten maar even over de bult wrijven en weer verder gaan. Angsten overwinnen, doorzetten en willen en voelen! Vooral dat laatste. Met een beetje geluk wijzen de engelen mee naar de juiste weg. Mijn kaarsje zal in ieder geval voor ze branden morgen want afscheid nemen bestaat echt niet… lees verder

Tot volgend jaar!

Het is de laatste dag van de maand september. De laatste dag van de Schildklierkanker awareness maand. Uitgerekend vandaag heb ik de periodieke controle van de schildklierkanker.  Daar zit ik dan in de kamer van de endocrinoloog. Verbouwereerd, vol gevoelens die ik niet omschrijven kan. Ze geeft me een geruststellende koele hand en zegt vriendelijk maar kort. Tot volgend jaar!

lees verder